Als we niet ten prooi zijn gevallen aan Russische of Turkse hackers, stembusfraude of ander onheil hebben we nu een uitslag. Na Brexit en Trump weten we dat opiniepeilers er meestal niet veel van bakken, dus van een politieke aardverschuiving kijken we helemaal niet meer op. Mochten de Hollandse voorspellingen toch kloppen, dan zitten we vanaf vandaag opgescheept met een versnipperd politiek landschap waarin geen enkele coalitie kansrijk is. Dat leidt natuurlijk weer naar nieuwe verkiezingen. Veel zin heb ik daar niet in want na weken gestalkt te zijn door veel belovende politici op tv en de social media snak ik naar entertainment door BN’ers zonder politieke ambities, hoewel je van dat laatste nooit zeker bent.
Ook deze keer heb ik mijn best gedaan om me goed te oriënteren. Ik heb stemwijzers ingevuld, interviews gelezen en debatten gezien. Het werd er alleen maar ingewikkelder van. Het enige dat ik zeker wist was dat ik op vrouw op een net niet verkiesbare plaats zou stemmen om haar via voorkeursstemmen de Tweede Kamer in te krijgen om daar voor een betere man/vrouwverdeling te zorgen. Toen ik eindelijk een dame gekozen had, ontdekte ik dat zij zich profileerde als vertegenwoordiger van de noordelijke provincies, daar kon deze Brabantse natuurlijk niets mee.
Kon ik weer opnieuw beginnen. De waan van de dag slingerde me van links naar het midden, een tikje naar rechts en weer terug. Pas toen ik in het stemhokje op het rode potlood stond te kauwen en er iemand achter me irritant begon te kuchen, nam ik een besluit. De opluchting duurde kort, want toen ik het stembureau uitliep, had ik al spijt. De politici waar ik op stem, doen namelijk nooit wat ik wil. Ik krijg er nu al uitslag van.
Column Ingrid Oonincx voor het Brabants Dagblad van 16 maart 2017.